Ons speerpunt “orde en veiligheid” vraagt vaak om een overheid die optreedt om regels te handhaven. Hoe lang kun je uitgaan van het fatsoen van mensen en wanneer grijp je in?
Voor dit soort
afwegingen word je als politieke partij natuurlijk regelmatig geplaatst, ook in
de plaatselijke politiek. Onlangs hadden we hiervan weer eens een voorbeeld in
de Commissie Ruimtelijke Zaken. Bewoners van ’t Vijfeiken beklaagden zich over
het feit dat het stopverbod voor basisschool De Toermalijn massaal wordt
genegeerd, bewoners door kinderbrengers en – afhalers worden uitgemaakt voor
van alles en nog wat en toezichthouders (de BOA’s) niet op durven treden tegen
overtreders.
Dit is natuurlijk
de wereld op zijn kop. Ouders die zich niet fatsoenlijk weten te gedragen nemen
een straat min of meer in bezit en de overheid kijkt lijdzaam toe. En de
overlast beperkt zich niet tot ’t Vijfeiken; ook op Het Dorp (t.h.v. Bakker
Lamers) worden auto’s schots en scheef geparkeerd en door ’t Plantsoen (een
woonerf) scheuren haastige ouders met grote snelheid om hun kinderen te droppen
of op te halen.
Dit zijn gevallen
waarin burgers niet weten om te gaan met persoonlijke vrijheid en dient de
overheid handhavend op te treden. Erg moeilijk is dat niet. Je weet immers precies
hoe laat de overtreders er zullen zijn.
Reageren http://bernheze.vvd.nl/contact
Paul Kremers